Patiënten krijgen grotere rol binnen de DHNA
Guido van den Broek is hoofd-halschirurg en Chief Medical Information Officer (CMIO) in het Radboudumc. Daarnaast is hij sinds twee jaar voorzitter van de Clinical Audit Board van de DICA registratie hoofd-halsoncologie (DHNA). “Een unieke registratie, omdat er meerdere disciplines uit het ziekenhuis bij betrokken zijn. Namelijk de specialismen keel-, neus en oorkunde, mond-, kaak- en aangezichtschirugie, radiotherapie en medische oncologie én de paramedische disciplines diëtetiek, fysiotherapie, mondzorgkunde en logopedie.”
Hoofd-halskanker is met ongeveer 3.000 gevallen per jaar in Nederland één van de zeldzaamste kankers. “Het registeren van de gegevens van de zorgkwaliteit en het verbeteren ervan is bij deze zeldzame kanker van essentieel belang om zo toch de beste zorg aan deze patiënten te kunnen leveren. Door de DHNA wordt de kennisvermeerdering voor het behandelen van deze ziekte gestructureerd aangepakt waardoor je veel gegevens vergaart in een grote groep. Als je het bij zeldzame kankers alleen binnen je eigen ziekenhuis bekijkt, zeggen die gegevens niet zoveel. Daarom is het ook belangrijk om het landelijk via DICA aan te pakken.
Ambities voor de toekomst
Dit jaar viert de DHNA haar tienjarig jubileum en in die tijd heeft de registratie een indrukwekkende ontwikkeling doorgemaakt. “Voor de komende jaren hebben we een aantal belangrijke ambities opgesteld,” stelt Guido. “We willen allereerst de paramedische disciplines nadrukkelijker in onze registratie naar voren brengen. Het sterke aan de DHNA is namelijk dat ook diëtisten, fysiotherapeuten, mondhygiënisten en logopedisten betrokken zijn. We vinden het daarom van groot belang om deze groep meer stem te geven. Hierdoor komt er meer voortgang op de indicatoren die zij hebben.”
Een andere ambitie noemt Guido de betrokkenheid van de patiënt. “Dit hebben we onlangs al in gang gezet. Er vergadert namelijk sinds kort een patiënt vanuit de patiëntenvereniging mee in onze Clinical Audit Board. Inmiddels bij twee vergaderingen van de vier die we jaarlijks hebben. Bij de twee spiegelsessies waarin we onderwerpen gedetailleerder bespreken, is vanaf de volgende sessie ook structureel een patiënt aanwezig,” aldus Guido.
Uitkomsten voor de patiënt
Een belangrijk aandachtspunt is om binnen de DHNA beter zichtbaar te maken wat de uitkomsten voor de patiënt zijn. “Dat wordt nu nog onvoldoende geregistreerd, terwijl we wel al samen met patiënten hebben bepaald wat we willen meten. Daarom richten we ons nu sterk op het daadwerkelijk meten en vervolgens registreren van die uitkomsten,” legt Guido uit.
Over de samenwerking met DICA is Guido zeer tevreden. “DICA neemt steeds meer stappen vooruit. Waren registraties in het verleden vooral per registratie georganiseerd, zie ik dat er de laatste tijd veel meer samenhang wordt gecreëerd. Goede initiatieven binnen een bepaalde registratie worden in bijeenkomsten met elkaar gedeeld zodat andere registraties deze ook kunnen toepassen. Dat vind ik een prachtige ambitie van DICA.”