Skip to main content

Kwaliteitsregistratie borstimplantaten

De Dutch Breast Implant Registry (DBIR) registreert sinds april 2015 patiënt-, operatie- en implantaatkarakteristieken voor het inzichtelijk maken en het waarborgen van de kwaliteit van borstimplantaatchirurgie in Nederland.

Ruim zeventienduizend borstimplantaten per jaar
In 2017 hebben artsen, verpleegkundigen en andere zorgmedewerkers informatie geregistreerd over 7.565 patiënten, 8.789 operaties en 17.745 borstimplantaten in DBIR. In totaal is er sinds de start van de registratie kwaliteitsinformatie verzameld van ruim 18.000 patiënten, 20.000 operaties en 38.000 borstimplantaten [Figuur 1]. Dit betreft informatie over zowel het plaatsen als het verwijderen van prothesen en tissue expanders. De meeste borstimplantaten worden geplaatst voor esthetische indicaties (75%), waarbij de patiënt over het algemeen beiderzijds een implantaat krijgt. Bij een reconstructieve operatie daarentegen, krijgen patiënten doorgaans aan één zijde een borstimplantaat.

Kwaliteitsregistratie met drie doelen
In het verleden zijn er meerdere problemen geweest met de kwaliteit van borstimplantaten.1-5 Daarom streeft de DBIR naast het registreren en evalueren van de kwaliteit van de geleverde zorg, ook naar het monitoren van de kwaliteit en het traceren van de gebruikte borstimplantaten voor een betere patiëntveiligheid. In samenwerking met het Landelijk Implantaten Register kunnen patiënten inmiddels via de DBIR getraceerd worden, zodra blijkt dat de kwaliteit van een bepaald type borstimplantaat faalt en de inspectie het implantaat vanwege gezondheidsrisico’s van de markt haalt. Om deze 3 doelen te kunnen bereiken, heeft de DBIR onder andere een grote update van de datastructuur ondergaan, die in september 2017 is afgerond. Sindsdien kan men ook gegevens vastleggen over enkele casemix factoren (roken, BMI) en geëxplanteerde borstimplantaten.

Eerste resultaten

Volledigheid van de informatie groeit
Het blijkt dat de compleetheid van de gevraagde variabelen in de DBIR aanzienlijk is toegenomen na 3 jaar registreren [Figuur 2]. In het registratiejaar 2017 is de volledigheid gemiddeld meer dan 90% in vijf van de zes variabelengroepen. Tevens neemt de range van minimale en maximale registratiepercentages bij het merendeel van de variabelen af. Dit betekent dat er steeds meer afzonderlijke variabelen uit elke variabelengroep volledig ingevuld worden. Een gedetailleerder en inhoudelijker overzicht van de patiënt-, operatie- en implantaatkarakteristieken is te vinden in de online basistabellen onderaan deze pagina. 

Twee verschillende indicaties, twee verschillende patiëntgroepen
De DBIR maakt onderscheid tussen het plaatsen van borstimplantaten voor esthetische en reconstructieve indicaties. Figuur 3 laat zien wat de leeftijdsverdeling is van beide patiëntgroepen. Hieruit blijkt dat patiënten die in DBIR geregistreerd worden met een esthetische borstvergroting, gemiddeld 32 jaar oud zijn tijdens hun eerste operatie. Indien zij een heroperatie (revisie) ondergaan, is de gemiddelde leeftijd 49 jaar. De patiënten uit de reconstructieve groep zijn gemiddeld 50 jaar oud tijdens de eerste operatie en 53 jaar oud bij een ongeplande heroperatie. Verhoudingsgewijs wordt er minder vaak een ongeplande heroperatie uitgevoerd bij een esthetische indicatie dan bij een reconstructieve indicatie (respectievelijk 6% en 17%). In beide patiëntgroepen wordt tijdens een heroperatie in het merendeel van de gevallen een permanent implantaat vervangen door een nieuw permanent implantaat.

Toekomst van de DBIR

Onderzoek met DBIR data
Deelnemers aan de registratie kunnen inmiddels onderzoek doen met data uit de DBIR. Onderzoeksaanvragen worden beoordeeld op inhoud, relevantie en methodologie.

Het daadwerkelijke aantal borstimplantaten in Nederland ophelderen
Om inzicht te krijgen in de kwaliteit van alle daadwerkelijk geplaatste en verwijderde borstimplantaten in Nederland, zal de exacte dekkingsgraad van de DBIR bepaald moeten worden. Hiervoor onderzoeken wij meerdere methoden, waaronder een koppeling met industriële data.6 Daarnaast is er een onderzoek gestart in samenwerking met het Nederlandse BIA-ALCL onderzoeksconsortium, waarbij de registratiegraad van BIA-ALCL in DBIR wordt gemeten door middel van een vergelijking met de pathologie database van PALGA.7

Grensoverschrijdende ambities
Sinds haar start in 2015 is de DBIR aangesloten bij het internationale samenwerkingsverband op het gebied van borstimplantatenregisters, genaamd ICOBRA.6 Binnen ICOBRA is inmiddels consensus bereikt over een minimale set kwaliteitsindicatoren voor borstimplantaatchirurgie, hetgeen ook geïntegreerd zal worden in de DBIR.

Gemakkelijke en foutloze registratie
Geregistreerde borstimplantaten kunnen door patiënten gecontroleerd worden (www.impantaatcheck.nl). Zij kunnen zien of hun implantaat geregistreerd staat en wat de status ervan is indien er sprake is van een terugroepactie. Om er echter voor te zorgen dat alle implantaten traceerbaar blijven, moet de invoer foutloos zijn. Daarom kunnen de gegevens van enkele typen borstimplantaten tegenwoordig geregistreerd worden door het scannen van een unieke GS1 barcode. Deze internationaal erkende barcode is inmiddels aanwezig op alle geleverde borstimplantaten van de merken Eurosilicone en Polytech. De DBIR hoopt dat andere merken spoedig volgen en zij werkt hiervoor nauw samen met de betrokken industriële partners.

Basistabel DBIR 1a

Basistabel DBIR 1b

Basistabel DBIR 1c

Basistabel DBIR 1d